Uithuisplaatsing als ontwikkeling van kind in gevaar is

13 juni 2023 | Personen- en familierecht

Het uit huis plaatsen van een kind is een aangrijpende gebeurtenis. Dan moet er in een gezin echt wat aan de hand zijn. Het kind in deze zaak had in zijn korte leven al veel meegemaakt.

Dit kind, geboren in 2022, is pas enkele maanden oud als het onder toezicht wordt gesteld van een ‘gecertificeerde instelling’. Leidt een ondertoezichtstelling niet tot de juiste resultaten, dan kan een kind uit huis worden geplaatst. Dat gebeurde in deze zaak met een spoedmachtiging van de kinderrechter (twee weken in een pleeggezin), daarna met een machtiging (zes maanden). Vervolgens beslist de meervoudige kamer van de rechtbank dat het kind uit huis wordt geplaatst in een voorziening voor pleegzorg voor de duur van de ondertoezichtstelling. Het kind verblijft dan in een ‘perspectief biedend pleeggezin’. Dit kan voor een jaar, maar dit kan worden verlengd.

Ontwikkeling van het kind

De ouders willen hun kind terug en vechten de beslissing van de rechtbank aan bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. Het hof onderzoekt of de ontwikkeling van het kind in gevaar is, of dat de ouder niet meewerken aan een onderzoek naar het kind. Dat zijn allebei gronden voor een uithuisplaatsing.

Begeleiding

Deze baby heeft vanaf de geboorte tot aan de uithuisplaatsing met zijn moeder bij een Ouder Kind Behandelgroep gewoond. Daar had men zorgen over aandacht, troost, verzorging en voeding. Door het achterblijvende gewicht van het kind was al snel een ziekenhuisopname nodig. Om die reden is ook de spoedmachtiging tot uithuisplaatsing verleend. Verder ging de moeder niet goed om met het kind. Adviezen daarover leiden tot conflicten. Ze heeft veel begeleiding nodig. Ze kan niet goed inspelen op signalen van het kind, vooral als die steeds anders zijn en nu de moeder veel spanningen ervaart. Daardoor wordt zij onvoorspelbaar, wat verwarrend en onveilig is voor het kind.

Geen veilige plek

Wel is de moeder gestart met allerlei therapieën. Het hof vindt het positief dat zij hard aan zichzelf werkt en zich goed ontwikkelt. Ze wil dat moet worden toegewerkt naar een thuisplaatsing. Maar dat is volgens het hof nog niet aan de orde. Door de onvoorspelbaarheid van de moeder heeft het kind thuis nog geen veilige plek. Zeker nu het kind nog steeds een ondergewicht heeft – het staat onder toezicht van een diëtist –, snel overprikkeld is en slaapproblemen heeft, is de uithuisplaatsing nog steeds noodzakelijk voor de verzorging en opvoeding van het kind. Nu aan de wettelijke eisen voor uithuisplaatsing is voldaan, mag het kind nog niet naar huis.

ECLI:NL:GHARL:2023:4192

Bron:Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden| jurisprudentie| ECLI:NL:GHARL:2023:4192| 12-06-2023