Een gescheiden vrouw wil met haar minderjarige zoon op vakantie in het buitenland. Ook wil ze hem laten besnijden in een Nederlandse kliniek. Voor zowel de vakantie als de jongensbesnijdenis vraagt ze de rechtbank Noord-Nederland om vervangende toestemming. Krijgt ze die?
Een man en een vrouw zijn acht jaar met elkaar getrouwd als ze uit elkaar gaan. Drie jaar voor hun scheiding is hun zoon geboren. De ouders hebben samen het gezag over het kind, dat bij de moeder woont. De moeder vraagt de rechtbank Noord-Nederland om vervangende toestemming te verlenen; ze wil in de zomer- of herfstvakantie twee weken met haar minderjarige zoon naar het buitenland. Daar wil ze familie bezoeken en vakantievieren. De man verleent immers geen toestemming. Ook vraagt ze de rechtbank om vervangende toestemming om de jongen in een Nederlandse kliniek te laten besnijden.
Geen toestemming vader
De vader wil dat dit laatste verzoek wordt afgewezen, of, als dat niet gebeurt, dat de rechtbank bepaalt dat hij bij de besnijdenis mag zijn. Voor de vakantie wil hij geen toestemming geven zonder dat zijn ex-vrouw precies vertelt waar ze in het buitenland verblijft en wanneer ze met hun kind weggaat. Later zwakt hij dit af: hij wil dat zij bereikbaar is en het hem laat weten als er iets met het kind is. De vrouw zegt dit uit angst voor haar ex niet te durven zeggen. Ze is bang dat zijn familie het kind zal meenemen en dat ze het daarna nooit meer zal terugzien. Verder wijst ze erop dat de man zelf in de zomer zes weken naar hetzelfde land is gegaan. Zij wist toen ook niet waar hij was, en de omgangsregeling kwam hij evenmin na.
In het belang van het kind
De rechtbank stelt voorop dat, nu het gezag over het kind door beide ouders wordt uitgeoefend, de vrouw van de vader toestemming nodig heeft voor de vakantie en de besnijdenis. Bij het verzoek om vervangende toestemming toetst de rechtbank of de beslissing in het belang van het kind wenselijk wordt geacht.
Dat de moeder een tijdje met haar kind weg wil om familie te bezoeken en vakantie te houden, vindt de rechtbank niet onbegrijpelijk. De eisen die de vader in eerste instantie stelde, vindt de rechtbank dan ook onredelijk. Wel kan de rechtbank het zich voorstellen dat de man op de hoogte gesteld wil worden als er onverhoopt iets is met zijn zoon. Dat kan, zoals de Raad voor de Kinderbescherming ook aangaf, per e-mail of WhatsApp, zonder adresgegevens en verdere reisdetails. Hierbij weegt de rechtbank mee dat de vader ook zelf zes weken naar het buitenland is gegaan zonder de moeder te informeren. De rechtbank verleent dan ook de door de vrouw gevraagde vervangende toestemming voor de reis. Maar zij moet de vader dan wel via mail of WhatsApp, direct of via de hulpverlening, laten weten als er met de zoon iets is waarover de vader in het kader van zijn gezag moet worden geïnformeerd.
Ernstige schending
Het verzoek om vervangende toestemming voor de besnijdenis wijst de rechtbank af. Daarbij verwijst de rechtbank naar het standpunt van de Raad en artsenfederatie KNMG. Die laatste ziet jongensbesnijdenis als een schending van het recht op lichamelijke integriteit. Dit in de grondwet vastgelegde recht beschermt mensen tegen ongewilde ingrepen in of aan het lichaam. Volgens de KNMG mogen minderjarigen alleen worden blootgesteld aan medische handelingen als sprake is van ziekte of afwijkingen, of als overtuigend kan worden aangetoond dat de ingreep in het belang is van het kind, zoals bij vaccinaties. Het zonder medische reden chirurgisch verwijderen van de voorhuid bij jongens is volgens de artsenfederatie schadelijk en een ernstige schending van fundamentele kinderrechten.
Nederlandse context
Naast het feit dat jongensbesnijdenis volgens de rechter een onherstelbare fysieke ingreep zonder medische noodzaak is, weegt de Nederlandse context zwaar, zo voegt de rechtbank hier nog aan toe. Later, als de jongen oud genoeg is om hierover zelf te beslissen, kan hij als hij wil alsnog onder het mes. Het is dan ook niet aan de rechtbank om vervangende toestemming te geven. De ouders van de jongen, die de besnijdenis allebei wensen, moeten hier samen uitkomen, al dan niet ondersteund door hulpverlening.