Moeder verhuist met kinderen zonder toestemming vader naar andere kant van het land

12 januari 2022 | Personen- en familierecht

In een omgangsregeling na scheiding bepalen de ouders dat ze niet te ver van elkaar gaan wonen, zodat de kinderen niet te lang tussen beide ouders hoeven te reizen. De moeder verhuist echter toch naar een andere regio, zonder toestemming van de vader of de rechtbank.

De moeder heeft in april 2021 aan de rechtbank Den Haag toestemming gevraagd om naar de nieuwe locatie te verhuizen. Nadat dit verzoek was afgewezen, is zij in hoger beroep gegaan tegen deze beslissing. De vader op zijn beurt is een kort geding-procedure gestart, omdat hij vreest dat de vrouw de verhuizing toch doorzet. Dit gebeurt inderdaad: in de herfstvakantie verhuist zij naar de nieuwe woonplaats.

De vader vraagt de rechtbank de moeder te gebieden dat zij met de kinderen terugkeert naar haar oude woonadres of naar een ander adres in de gemeente of regio. Daarnaast vraagt hij een dwangsom op te leggen en de vrouw te verbieden de kinderen in de nieuwe woonplaats in te schrijven. Ook wil hij dat de rechtbank de vrouw opdraagt mee te werken aan de afgesproken zorgregeling.

Volgens de moeder is de rechtbank Den Haag niet bevoegd hierover te oordelen. Dit is aan de rechtbank in de regio waar zij nu woont. Zij heeft echter ter zitting laten weten dat zij ermee instemt dat de rechtbank Den Haag beslist.

Kwetsbare situatie kinderen

De rechtbank Den Haag oordeelt als volgt. Aangezien de ouders samen het gezag over de kinderen uitoefenen, mag een van hen niet zonder toestemming van de ander met de kinderen verhuizen. Gelet op de jonge leeftijd van de kinderen en de toch al kwetsbare situatie waarin zij zich bevinden, is het echter niet in hun belang om halsoverkop terug te verhuizen. Aangezien de moeder de afgesproken weekendregeling nog steeds nakomt en ook het halen en brengen van de kinderen voor haar rekening neemt, is er volgens de rechtbank geen acute noodzaak om een ordemaatregel te treffen. Dit betekent echter niet dat de moeder nu vervangende toestemming voor verhuizing heeft gekregen: dit zal in hoger beroep worden beoordeeld.

ECLI:NL:RBDHA:2021:13995

Bron: Gerechtshof Den Haag | jurisprudentie | ECLI:NL:RBDHA:2021:13995, C/09/619849 / KG ZA 21-1028 | 11-01-2022