Honden redden uit Oekraïne

28 juni 2022 | Bestuursrecht

Een hondenfokker brengt enkele Rottweilers uit het onveilige Oekraïne naar Nederland. De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (Nvwa) eist echter dat de honden elders in quarantaine worden geplaatst. Het College van Beroep voor het bedrijfsleven oordeelt of dat niet te ver gaat.

Een vrouw, hobbyfokker van Rottweilers, besluit een hondenfokker in Oekraïne te helpen wiens honden daar door de oorlog niet meer veilig zijn. Ze neemt drie volwassen Rottweilers en een nest pups van hem over en brengt ze naar Nederland. Twee honden en een pup houdt zij zelf, de andere dieren gaan naar een ander. Haar Oekraïense honden worden door een dierenarts ingeënt tegen rabiës, een gevaarlijke en besmettelijke ziekte die bij dieren en mensen hondsdolheid kan veroorzaken. Vervolgens meldt de dierenarts de honden aan bij de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit. De Nvwa constateert dat niet is voldaan aan de diergezondheidsvoorschriften van een Europese Verordening: na een vaccinatie tegen rabiës hadden de honden moeten worden getest op antilichamen, en dat is niet gebeurd. Ook ontbreken officiële gezondheidscertificaten. Omdat Oekraïne een land is met een hoog risico op rabiësbesmetting, zijn de honden door de Nvwa meegenomen naar een externe opvanglocatie voor quarantaine. De vrouw verzet zich hiertegen: ze wil de honden bij zich houden.

Opdracht

Had de Nvwa de honden mogen afzonderen en vervolgens laten testen? Volgens de voorzieningenrechter van het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) niet. Uit de Verordening volgt dat de Nvwa de vrouw de opdracht tot quarantaine had moeten geven, niet dat de Nvwa zelf de honden mocht meenemen voor quarantaine. Pas als de hondenbezitter dit zou weigeren, mag de Nvwa dit zelf doen. In deze zaak heeft de vrouw die opdracht niet van de Nvwa gekregen.

Niet evenredig

Volgens de fokster was het afzonderen van de honden op een externe locatie ook niet evenredig. Het doel van de maatregel, bescherming van de volks- en diergezondheid, had ook kunnen worden bereikt met een minder ingrijpende en geschikte maatregel, namelijk thuisquarantaine. Dát had de Nvwa haar moeten opdragen. Daar komt bij dat in theorie het risico op rabiës bij Oekraïense honden hoog is, maar in dit specifieke geval was dit risico juist nihil. De honden zijn drie jaar op rij gevaccineerd; één injectie beschermt al drie jaar. De pup was beschermd via de moedermelk. Daarom was een thuisquarantaine meer op zijn plaats, met een maand later de bloedtest.

Opgeteld: volgens het CBb is het besluit van de Nvwa in strijd met het evenredigheidsbeginsel. Dus moeten de honden direct naar de vrouw, die wordt opdragen de honden in thuisquarantaine te houden. Ook moet de Nvwa de vrouw opdragen dat zij een identificatiedocument en een gezondheidscertificaat voor de honden regelt.

ECLI:NL:CBB:2022:317

Bron:College van Beroep voor het Bedrijfsleven| jurisprudentie| ECLI:NL:CBB:2022:317 22/838| 15-06-2022