Genderaanduiding ‘X’ in geboorteakte staat nog niet open voor non-binair persoon

17 december 2021 | Personen- en familierecht

Een non-binair persoon wil dat de geslachtsaanduiding in de geboorteakte wordt gewijzigd in ‘X’. De rechtbank wil daar niet in meegaan, omdat er nog geen duidelijke wettelijke regels over zijn. De Hoge Raad moet eerst een voorlopig antwoord formuleren.

In de geboorteakte van ‘Wil’, de naam is gefingeerd, is als geslacht vermeld ‘mannelijk’. Wil voelt zich echter non-binair (man noch vrouw). Wil identificeert zich 60 procent als man en 40 procent als vrouw en presenteert zich ook zo in het maatschappelijk verkeer. Wil is niet ongelukkig met het mannenlichaam (hij heeft een baard en snor) en denkt in bepaalde opzichten erg ‘mannelijk’, maar presenteert zich graag enigszins vrouwelijk (nagellak, lippenstift) en voelt meer aansluiting bij vrouwen dan bij mannen. Wil heeft bewust niet gekozen voor een medische transitie.

Hinder

Wil ondervindt in het maatschappelijk verkeer hinder van zijn genderaanduiding, die niet overeenstemt met zijn genderbeleving, bijvoorbeeld bij het tonen van zijn paspoort (‘mannelijk’) en door overheidsinstanties die Wil aanspreken met ‘meneer’. Om die reden wil Wil dat de geboorteakte wordt aangepast: bij het geslacht moet ofwel de letter X komen ofwel dat ‘van deze persoon geen geslacht kan worden vastgesteld’. De ambtenaar van de burgerlijke stand weigert dat: de wet biedt (nog) geen mogelijkheid tot opname van een non-binaire geslachtsaanduiding in de geboorteakte. Op grond van de huidige wettelijke bepalingen zijn in geboorteakten alleen de registraties ‘mannelijk’ en ‘vrouwelijk’ mogelijk, of, in bijzondere gevallen, ‘het geslacht van het kind kan niet worden vastgesteld’. Daarvan is (of was) bij Wil geen sprake. De huidige tekst van de wettelijke regeling geeft in beginsel geen mogelijkheid om het verzoek van Wil toe te wijzen.

Rechtseenheid

De rechtbank Den Haag, die over deze kwestie moet oordelen, stelt dat de maatschappij steeds meer genderneutraal wordt. Bij rechtbanken komen dergelijke verzoeken vaker binnen en rechters gaan wisselend om met de wijze waarop de genderneutraliteit moet worden geregistreerd, wat de rechtseenheid en rechtszekerheid niet ten goede komt. Eigenlijk is de wetgever aan zet, vindt de rechtbank, maar die wacht juist de ontwikkelingen in de jurisprudentie af. Nu de rechter in beginsel moet wachten op de wetgever, die op zijn beurt wacht op de rechter, dreigt een onwenselijke patstelling.

Prejudiciële vraag

De rechtbank besluit de Hoge Raad een prejudiciële vraag voor te leggen: kunnen rechters, op verzoek van non-binaire personen, genderneutrale registratie in de burgerlijke stand toestaan? Het antwoord van de hoogste rechter is van belang voor de beslechting of beëindiging van andere, soortgelijke zaken. Voor non-binaire mensen en ambtenaren van de burgerlijke stand is duidelijkheid evenzeer gewenst. Wil moet dus wachten op een uitspraak van de Hoge Raad.

ECLI:NL:RBDHA:2021:13948

 

https://uitspraken.rechtspraak.nl/inziendocument?id=ECLI:NL:RBDHA:2021:13948

Bron: Rechtbank Den Haag | jurisprudentie | 20-12-2021