Een transportbedrijf werd in staat van faillissement verklaard. Echter, het bedrijf trof nadien met de aanvrager van het faillissement een financiële regeling. Hoe zit het dan met het salaris van de curator?
De partij die het faillissement had aangevraagd, stemt in met de vernietiging van het faillissementsvonnis. Ook de inmiddels ingestelde curator stemt in met dit verzet, en laat de rechtbank weten dat er voldoende middelen zijn om zijn salaris te voldoen. Maar het bedrijf maakt bezwaar tegen de hoogte van dit salaris. De curator zou ten onrechte twee uur hebben opgenomen voor de behandeling van het verzet. Ook zou hij onnodig tijd hebben besteed aan gesprekken met derden, waaronder personeelsleden, en aan een (voorbarig) rechtmatigheidsonderzoek.
Bezwaren van tafel
De rechtbank Rotterdam vernietigt het faillissementsvonnis van 28 oktober 2021. De bezwaren tegen het salaris van de curator veegt de rechtbank echter van tafel. Het klopt dat de curator voor de behandeling van stukken van een verzet niet standaard twee uur in rekening kan brengen. Maar nu de curator voor zijn werkzaamheden vanaf 19 oktober geen uren heeft geschreven terwijl deze wel zijn verricht, worden deze twee uren gehonoreerd. En hoewel de curator zich gedurende de periode waarin het verzet wordt behandeld terughoudend moet opstellen, behoort het ook in die periode tot zijn taken vragen van personeelsleden te beantwoorden. Ook is deze curator benaderd door een schuldeiser vanwege de vermissing en het onverzekerd zijn van twee gehuurde opleggers, en aan deze spoedeisende aangelegenheid moest hij aandacht besteden, in het belang van de gezamenlijke schuldeisers. Dat de curator deze tijd schreef onder de noemer ‘onderzoek rechtmatigheden’ is misschien verwarrend, maar dat doet niet af aan zijn recht op honorering van die werkzaamheden. Uiteindelijk stelt de rechtbank zijn salaris vast op 6.850 euro ex btw.
ECLI:NL:RBROT:2021:10431