Faillietverklaring omzetten in schuldsanering

31 mei 2022 | Insolventierecht

Binnen twee weken nadat een partij een verzoek indient om een natuurlijk persoon failliet te laten verklaren, kan deze persoon zelf een verzoek indienen om te worden toegelaten tot de wettelijke schuldsanering. Wat als dat verzoek pas veel later wordt gedaan?

Een man vraagt de rechtbank Rotterdam om zijn faillissement, dat twee jaar geleden is uitgesproken, om te zetten in een schuldsaneringsregeling. Hij heeft verklaard dat hij door omstandigheden, die niet aan hem zijn toe te rekenen, niet eerder een verzoek om toelating tot de wettelijke schuldsanering, zoals geregeld in de Wet schuldsanering natuurlijke personen (Wsnp), heeft kunnen indienen. Normaal moet dit gebeuren binnen 14 dagen nadat een derde partij het verzoek om faillietverklaring indient. Door de stress rond de faillissementsaanvraag en het feit dat hij de vordering van de aanvrager van het faillissement, een bedrijfspensioenfonds, heeft betwist, heeft hij geen Wsnp-verzoek ingediend.  

Voorwaarden

Voordat de rechtbank inhoudelijk kan ingaan op dit verzoek, moet de vraag worden beantwoord of de man überhaupt een beroep kan doen op dit verlate verzoek. De Faillissementswet stelt enkele voorwaarden: dat de man te laat is, is redelijkerwijs niet aan hem toe te rekenen. Hij mag niet zelf zijn faillissement hebben aangevraagd. Er mag geen verificatievergadering zijn gehouden, en de afhandeling van concurrente vorderingen is achterwege gebleven door een gebrek aan baten. Aan al die wettelijke voorwaarden is hier voldaan.

Vertrouwen

De curator adviseert positief over het omzettingsverzoek. Hij vindt het begrijpelijk dat de man te laat is met zijn verzoek te worden toegelaten tot de schuldsaneringsregeling. De curator heeft er verder voldoende vertrouwen in dat de man zijn verplichtingen uit de wettelijke schuldsaneringsregeling naar behoren zal nakomen. De man is gedurende een groot deel van de looptijd van het faillissement als zelfstandige werkzaam geweest. De boekhouding is bijgehouden door een externe boekhouder en alle aangiften zijn gedaan. Er is geen sprake van ambtshalve aanslagen. Nu heeft hij een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Hij heeft zijn inkomsten boven het vrij te laten inkomen afgedragen aan de boedel.

Schone lei

De rechtbank kan zich hier in vinden. De man heeft gedurende de looptijd van het faillissement altijd medewerking aan de curator verleend en alles aan de faillissementsboedel afgedragen wat maar kon. Ook de rechtbank gaat ervan uit dat de man alle plichten uit de schuldsaneringsregeling zal nakomen. Hij dient in aanmerking te komen voor de schone lei, zodat hij van zijn schulden verlost is. Het verzoek om te worden toegelaten tot de schuldsaneringsregeling wordt ingewilligd.

ECLI:NL:RBROT:2022:4037

Bron:Rechtbank Rotterdam| jurisprudentie| ECLI:NL:RBROT:2022:4037 FT RK 20-33| 14-04-2022