Failliet? Inlichtingen geven, anders: het gevang

6 april 2022 | Insolventierecht

Iemand die failliet is verklaard, is verplicht de curator te informeren over alles wat belangrijk is voor het beheer of de vereffening van de boedel. Anders kan hij of zij voor maanden in de cel belanden.

Enige tijd geleden beval de rechtbank Overijssel dat een man, die eerder failliet werd verklaard, voor 30 dagen in verzekerde bewaring moest worden gesteld. De man weigerde de curator informatie te geven over de afwikkeling van de boedel. Nadien is dit dwangmiddel zes keer verlengd, steeds met 30 dagen.

Uit eigen beweging

De failliet moet, zo stelt de Faillissementswet, uit eigen beweging de curator informeren over alle feiten en omstandigheden die voor de omvang, het beheer of de vereffening van de boedel van belang zijn. Veel informatie ontbreekt nog, bepaalde antwoorden rijmen niet met eerder gegeven informatie en de man verklaart steeds verschillend waar informatie en documenten zich bevinden.

Verlenging

De curator vraagt de rechtbank opnieuw om een verlenging met 30 dagen. Nog altijd voldoet de man niet aan de op hem rustende inlichtingenplicht. Hij heeft wel een vragenlijst beantwoord maar de gevraagde onderbouwing ontbreekt, waardoor de antwoorden niet kunnen worden geverifieerd. Het doorzoeken van de één miljoen bestanden is een grote klus, zeker nu hij het dagprogramma in het Huis van Bewaring volgt. Hij heeft ook excuses, zoals: de kat heeft eens een kop koffie op het toetsenbord gemorst, waardoor zijn laptop niet goed functioneert. Of hij kan hij niet in de cloud van een ander persoon, sinds die is overleden. De man zelf vindt de verzekerde bewaring niet meer proportioneel. Als hij op vrije voeten is, kan hij adequater proberen de gevraagde informatie aan te leveren door contact te leggen met derden.

Dwang

De curator heeft de computerbestanden overigens ook, maar daar gaat het niet om: alleen op de failliete man rust de inlichtingenplicht. Hij kan ervoor kiezen het dagprogramma te laten schieten, hard te werken aan het doorploegen van de bestanden en dan is hij eerder vrij. Er is onvoldoende vertrouwen dat de man de informatie wel gaat verstrekken wanneer hij in vrijheid wordt gesteld. De dwang die van de bewaring uitgaat om de man te bewegen het gevraagde aan te leveren acht de rechtbank nog altijd gerechtvaardigd en proportioneel. Hij blijft nog eens 30 dagen vastzitten.

ECLI:NL:RBOVE:2022:842

 

Bron: Rechtbank Overijssel | jurisprudentie | ECLI:NL:RBOVE:2022:842 | 05-04-2022