Een kind dat uit huis is geplaatst kan een bijzonder curator toegewezen krijgen, die zijn belangen behartigt. Deze curator kan zelfs tegen de ouders procederen. Zoals in deze zaak, waarin de moeder geld van de bankrekening van haar kind heeft opgenomen.
Een kind is onder toezicht gesteld van Jeugdbescherming. De rechter heeft ook een machtiging uithuisplaatsing verleend. Sindsdien woont het kind – tot het 18 jaar wordt – in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder. De rechter heeft ook een bijzondere curator benoemd die de belangen van het kind moet behartigen op het gebied van zijn verzorging en opvoeding. Ook kan deze bijzonder curator het kind in en buiten rechte vertegenwoordigen. Tot slot moet de bijzonder curator praktische zaken voor het kind regelen.
Geld van de rekening gehaald
Er ontstaat een probleem als de bijzonder curator ontdekt dat de moeder (of haar partner, de stiefmoeder) geld van de rekening van het kind heeft gehaald. De curator wil dat dit wordt teruggestort. Als zij dit weigeren, stapt de curator naar de voorzieningenrechter van de rechtbank Rotterdam. Maar kan de curator de stiefmoeder wel dagvaarden? Zij is geen ouder en oefent geen gezag uit over het kind. Maar tegenover de bank heeft zij zich wel als wettelijk vertegenwoordiger van het kind voorgedaan, én zij heeft geld van de rekening gehaald. Ook zij kan worden gedagvaard.
Spoedeisend belang
Om ontvankelijk te zijn moet de bijzonder curator aantonen dat er een spoedeisend belang is. Zij stelt dat het kind het geld dat van zijn bankrekening is opgenomen hard nodig heeft. Daarmee kan hij zijn kamer inrichten, die nu heel karig is. De moeder betwist het spoedeisend belang: de curator had eerst een gesprek met haar moeten voeren voordat zij deze procedure begon. Volgens de voorzieningenrechter is sprake van een spoedeisend belang. Het kind kon geen spullen uit zijn huis meenemen en gebruiken voor zijn kamer in de instelling. Hij heeft de meest basale dingen niet en alle lasten moet hij betalen van zijn salaris. Dat maakt de kwestie spoedeisend. Een gesprek inplannen met alle betrokkenen zou enkele weken hebben geduurd en dit is nog geen garantie voor een oplossing.
Niet naar waarheid
Uit alles blijkt verder dat de moeder en stiefmoeder geld van de rekening van het kind hebben opgenomen. Dat de zoon daar nooit bezwaar tegen heeft gemaakt, wil niks zeggen: van een minderjarige, en zeker van een kind in deze omstandigheden, kan niet worden verwacht dat hij expliciet aangeeft het niet eens te zijn met de gang van zaken. De rechter rekent het de moeder en stiefmoeder zwaar aan dat zij een belangrijke wettelijke bepaling hebben geschonden: ze zijn verplicht de voor de beslissing van belang zijnde feiten volledig en naar waarheid aan te voeren. Zo hadden ze gezegd dat ze niet beschikten over de inloggegevens voor de bankrekening van het kind, maar ze hadden er wel geld vanaf gehaald. Voor de voorzieningenrechter is het duidelijk: ze hebben zonder toestemming van het kind zijn geld (€ 1.550) overgemaakt naar hun eigen rekening. Dat moeten ze terugbetalen.